De gedichten van Justyna Bargielska zijn naar het Nederlands door Karol Lesman en Ad van Rijsewijk vertaald. Als smaakmaker publiceren wij twee vertalingen – na het festival verschijnen er meer!
Beide gedichten van Justyna Bargielska komen voort uit de bundel Bach for my baby, Biuro Literackie, Wrocław 2013
Vertaling: Ad van Rijsewijk
40 zwarte boeken
Nyberg was zijn hoofd in een plastic zak aan het steken.
Waar heb ik hem vandaan en wanneer werd hij zo oud?
Vaarwel, Nyberg, werken met jou
was als het hoofd in een plastic zak steken,
je inspireerde me, inspireer nu jezelf maar.
We waren het eens dat we met elkaar moesten wonen,
maar niet dat we moesten samenwonen. De taal
redde ons van het leven, andere geliefden
hebben niet zo veel geluk. Nu kan ieder van ons het
één-en-veertigste zwarte boek schrijven
samengesteld uit duizend herhalingen van en slechts. Trouwens
de uitgever schrijft mij al, dat hij benieuwd is, hoe het afloopt.
De posthoorn maakt daar een eind aan,
terwijl de postbode voor niemand een brief heeft
en als de enige held in dit verhaal
schaamt hij zich niet te bekennen, dat hij niet weet waarom.
Op de dood van een duif
Elke morgen word ik wakker in de hoop,
dat jij juist vandaag belt en zegt,
dat je mij toch niet wilt. Tekens, waar ik uitgroeide
voor jou, hielden niet op tot mij te spreken,
en als het gaat om de aanwezigheid van jouw lichaam tegen het mijne,
zeggen ze me, dat het gewoonlijk afwezig zal zijn.
Eerst een beetje en bij mij, daarna voluit en overal.
Ik ben moe, ik wil dat die schepsels verdwijnen,
ik wil dat die schepsels veranderen in gebouwen.
Het was echt fijn je hier te hebben,
als ik je al had. Echt fijn was het om
die kamer te zijn, dat bed, dat gordijn,
als ik hun was. Tekens leggen duiven voor mij op de weg,
wanneer ik bloemen bij me draag. Tekens zeggen mij: arme,
arm, iedereen arm. Dat zeggen tekens mij.